Fietsstage in het verzopen land van de bokkenrijders

De rit naar de Talk2thezebra werd er één van een goeie 150 km. De vertrekplaats was niet Kortrijk, zoals gewoonlijk, maar camping Nieuwgeerensheide in Kinrooi. Daar was ik neergestreken in voorbereiding van Vélourdes 2016, waarover jullie in een volgend bericht uitgebreid over geïnformeerd worden.

Deze voorbereiding hield in om zo veel mogelijk km in de benen te krijgen met de koersfiets tegen 2 juli.  Ik had afgesproken met Eric Froyen, een zebra met wielrenner allures,  die daar in de buurt woont om samen een deel van het Limburgs fietsparadijs af te haspelen.  Helaas het rotweer en een erge hondenbeet van een Duitse herdershond in het been van Roos, de echtgenote van Eric beslisten er anders over.  Het resultaat was dat we er maar één keer in slaagden om samen te trainen.  Het werd wel een prachtige rit van een 45 km langsheen het, volgens Eric, mooiste stukje Maaskant dat ons landje kent.

De overvloedige regen zorgde ervoor dat er daarnaast, weliswaar zonder Eric,  amper nog 2 ritten van respectievelijk 35 en 65 km konden gereden worden. 

In de wetenschap dat iets toch beter is dan niets ruilden we dan maar de wieleroutfit voor onze Belgische driekleur om samen met de vele Nederlanders die op de camping aanwezig waren onze Rode Duivels voorbij Zweden en Hongarije te schreeuwen.

Een dag eerder dan gepland hielden we het dan ook voor bekeken en vatten de terugreis aan.

De legende van de bokkenrijders vertelt het verhaal van een roversbende aan het eind van de 18e eeuw (1700-1800). De roversbende was vooral actief in het zuiden van Limburg en in de Belgische Kempen. Ze roofden en stalen van rijke mensen, zoals landheren en kerken. De naam Bokkenrijders is door mensen bedacht omdat ze dachten dat de duivel eruit zag als een bok. De bendeleden waren knechten van de duivel en daarom dachten de mensen dat ze op bokken door de lucht vlogen. Dit omdat de rovers zich heel snel konden verplaatsen van dorp naar dorp. De rovers konden nooit zo snel lopen, dus moesten ze wel kunnen vliegen. In één nacht konden meerdere dorpen worden beroofd.